Ontmoet de creatieve makers van ShufflePrent #8
Deze zevende prent kon ook haast niet anders dan een succes worden. Alle ingrediënten waren er. Onze eigen Nachtvlinder Lonneke deed mee als woordkunstenaar. En kunststudente Luna die aan de Rietveld studeert was verantwoordelijk voor het maken van de prent zelf. En ondanks de Corona kon er gelukkig gewoon gewerkt worden in het Grafisch Atelier Alkmaar. Met de ShufflePrent #7 als resultaat. Een lichtpuntje in een tijd waarin veel stil staat.
Foto’s: Marcel Prager
Lonneke van Heugten| 39 | cultuur- en theaterwetenschap | onderzoeker/organisator/schrijver/dramaturg/professioneel fladderaar | levensmotto: Wees je eigen muze
Normaal ben jij een van de mensen die dit project aanstuurt. Hoe was het om nu een van de makers te zijn?
Lonneke: “Ik had er al een tijd naar uitgekeken en een klein beetje tegenop gezien. Je zou het niet zeggen, toch kan ik best onzeker zijn over mijn poëzie. Ik hou van de flow van het schrijven en improviseren met anderen, maar wil mezelf uitdagen om meer te publiceren. Dit is volgens mij precies waar de ShufflePrent voor bedoeld is: beginnende makers een zetje geven.”
Luna Deckers| 27| Gerrit Rietveld Academie | student| levensmotto: Ik heb niet echt een levensmotto, ik probeer wel zo veel mogelijk in het “nu’” te leven, maar ik geloof dat iedereen dat probeert 😉
Hoe zien jouw dagen er meestal uit?
Luna: “Mijn dagen zijn heel wisselend, ik heb een geslaagde week als ik: heb geklommen, bezig ben geweest met kunst/ studie, vrienden heb gezien, yoga heb gedaan, heb gewandeld, huis opgeruimd heb.
En dit is mijn coronaweek, normaal zou ik ook wel graag naar een bandje willen kijken. Het liefst, en dat is zacht uitgedrukt, wat hardere muziek. En in de lente, zomer en herfst plak ik me graag vast aan een terras.”
Hoe was de samenwerking met Lonneke?
Luna: “Dat ging heel goed! Ik ben eerst even bij haar thee wezen drinken en toen heeft ze mij wat gedichten voorgedragen, daar heb ik er één van uitgekozen. Leuk om haar te leren kennen via deze samenwerking.”
Wat vind je van Luna haar keuze voor dit gedicht?
Lonneke: “Ik vind het leuk dat ze voor een mysterieus gedicht heeft gekozen. Dapper ook dat ze niet voor het kortste ging en ook nog het hele gedicht in de prent heeft verwerkt. Met de hand in spiegelbeeld gegraveerd, notabene!” Lees hier het gedicht dat Lonneke heeft geschreven.
Waar heb jij je inspiratie vandaan gehaald voor dit gedicht?
Lonneke: “Welkom in mijn brein. Een gedicht ontstaat meestal vanuit een spontane botsing van verschillende inspiratie-impulsen. Dit keer begon het met een zin uit een nummer van System of a Down. Ineens spookte het door mijn hoofd: “All the life running through her hair”. Het triggerde het beeld van Medusa met slangen als haar. Ik zag geen monster voor me, maar een godin door wiens haar al het leven van het universum stroomde. Een god die baadt in liefde.”
Het gedicht is ook een knipoog naar het mannelijke idee van god. In tegenstelling tot de ‘deus ex machina’ die uit het niets oppopt, is deze ‘dea ex natura’ een belichaming van de eeuwige natuur. Als je je ogen sluit, kun je met je vingers door haar haar strijken.
Waarom koos je voor dit gedicht?
Luna: “Ik zag er meteen een beeld bij! En voor mij is dat genoeg om te weten dat dit het gedicht was!”
Welke technieken heb je gebruikt en waarom?
Luna: “De print is een ets. Ik werk zelf al een tijdje met verschillende druktechnieken en dat doe ik heel graag, maar etsen had ik nog niet gedaan. Reden om tijdens deze samenwerking ook het etsen te leren en dit toe te passen.”
Ben je tevreden over het resultaat?
Luna: “Jazeker! Het etsen heb ik nog niet helemaal onder de knie, maar voor de eerste keer ben ik blij dat het beeld dat ik wou etsen duidelijk zichtbaar is. Het gedicht dat ik er onder heb geëtst is minder duidelijk helaas. Maar al met al een mooi werk.”
Wat vind je van het eindresultaat?
Lonneke: “Ik vind de prent verrassend. Het is een eigen wereld die nieuwe verhalen oproept. Het is alsof Luna het mythische van het gedicht in een soort hiërogliefen heeft gevangen. Er zit humor in de dialoog tussen het gedicht en het beeld, daar houd ik van. ‘